Bestaanszekerheid is het modewoord in de Tweede Kamer verkiezingscampagnes dit najaar. Maar hoe zit het eigenlijk met de aandacht voor rechtszekerheid?
In het verkiezingsprogramma van de VVD komt het woord rechtsbijstand drie keer voor, in dezelfde paragraaf, waarvan twee keer in dezelfde zin. Dan ook nog in de context van het verminderen van de rechtszekerheid van asielzoekers. Het woord advocatuur komt niet één keer voor.
Bij Groen Links - PvdA komt het woord rechtsbijstand slechts twee keer voor. Ook bij het kopje asielzoekers maar dit keer om de rechtspositie te verbeteren en één keer bij de Ontslagwet. Daar pleiten zij voor het recht op betaalbare juridische hulp. Voor wie, hoe en wie dat gaat betalen wordt niet duidelijk. Advocatuur komt onder het kopje Iedereen heeft toegang tot het recht één keer voor. In de bekende reflex van meer geld voor sociale advocatuur. Iedereen? En de middeninkomens dan?
Ook bij de partijen die lonken naar de middeninkomens - CDA, BBB en NSC - komt deze groep er wat betreft betaalbare rechtshulp bekaaid af. Terwijl het CDA-programma notabene de titel Recht doen heeft.
Bij veel juridische geschillen is sprake van machtsongelijkheid tussen partijen. Denk aan kwesties tussen een burger en de overheid, maar ook aan een conflict tussen een werkgever en een werknemer, een huurder en een pandjesbaas of een consument en een grote energiereus. De burger met een middeninkomen en de kleine ondernemer met beperkte middelen moeten keuzes maken of ze wel of niet voor zichzelf opkomen. Zij beschikken niet over (onbeperkte) middelen om rechtshulp van een traditionele uurtje-factuurtjeadvocaat te betalen en de rekening onbeperkt te laten oplopen.
Heeft iedereen wel gelijke toegang tot het recht?
Deze groep middeninkomens en kleine ondernemers komen niet in aanmerking voor een toevoeging en kunnen dus niet rekenen op gesubsidieerde rechtsbijstand. Ook de verzekeringsgraad bij particulieren loopt terug en is bij kleine ondernemers traditioneel al laag. Zij kunnen niet de advocatentarieven van gemiddeld 250 euro per uur betalen. Deze rechtmijders zien op tegen een onzekere eindafrekening en zien daarmee af van professionele rechtshulp.
Experiment advocatuur
Brandmeester bestaat in oktober vier jaar. Dankzij het experiment van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) met betrekking tot alternatieve bedrijfsstructuren voor de advocatuur kunnen wij nu sinds 2021 onze advocaten inzetten voor onverzekerde rechtzoekenden met een middeninkomen en binnenkort ook voor de kleine ondernemer. Vele potentiële rechtmijders weten nu via Brandmeester wel de weg te vinden naar betaalbare rechtsbijstand tegen vaste voorspelbare tarieven. Om tot het experiment te komen hebben wij ons intensief ingezet om het probleem van de rechtmijdende middeninkomens en het belang van alternatieve bedrijfsstructuren in de advocatuur onder de aandacht te brengen. Niet alleen bij de NOvA maar ook in de Tweede Kamer en bij de Autoriteit Consument & Markt.
Echte vernieuwing blijft nog uit
Het experiment van de NOvA is echter een tijdelijke oplossing en kent nu twee deelnemers: naast Brandmeester ook VvAA. En daarmee blijft grootschalige vernieuwing van toegankelijke rechtshulp in de traditionele advocatuur vooralsnog uit. Voor toegankelijke rechtshulp door advocaten is veel meer nodig. Innovatie die nu niet van de grond komt. Er wordt door advocaten nauwelijks in geïnvesteerd. De traditionele partnerstructuur en het daar bijhorende bedrijfsmodel nodigen niet uit te investeren in vernieuwing. Daarnaast neemt het aantal eenpitters (75% van de 9.860 advocatenkantoren) toe in de advocatuur. En eenpitters zijn zeker niet in staat om als eenling in een betere toegang tot het recht te investeren. Zij hebben belang bij een zo hoog mogelijk uurtarief om nog een boterham te kunnen blijven verdienen.
Waar is de politieke aandacht voor rechtszekerheid?
De problemen in de advocatuur met betrekking tot toegankelijke rechtshulp voor deze groep middeninkomens maar ook de betaalbaarheid van de sociale advocatuur worden niet opgelost door met meer geld hetzelfde te doen. Verbetering van de toegang tot het recht door modernisering van de Advocatenwet en de Verordening op de Advocatuur (VODA) zouden een belangrijk thema moeten zijn in de verkiezingsprogramma’s. De politiek is blijkbaar kort van memorie gezien hun recente historie met machteloze ouders in de toeslagenaffaire of de dappere longcovidslachtoffers in de zorg die op dit moment aan hun lot worden overgelaten. Maar wat is de belofte van bestaanszekerheid nu waard zonder rechtszekerheid?